‘Als je open staat voor hulp, dan kom je heel ver.’
Door een moeilijke thuissituatie kwam Alvin (23 jaar) voor het eerst in contact met het Jongerenaanbod van CAW Limburg (JAC Limburg). Sindsdien gaat hij geregeld langs bij zijn begeleidster Davien. Zij helpt hem om op eigen benen te staan. Lees nu zijn getuigenis.
Dag Alvin, hoe ben je bij het JAC terechtgekomen?
‘Dat was rond mijn twintigste. Ik woonde toen nog bij mijn vader in Nederland en dat liep moeilijk. Mijn moeder die in België woonde begreep dat het niet goed met me ging. Ze zocht naar een plek waar ik met mijn vragen terechtkon. Op een bepaald moment kwam ze uit bij het JAC. Ik heb een hekel aan bellen, dus om te helpen deed ze dat eerste telefoontje voor me. Ik moest enkel nog een mail sturen om een afspraak te maken. Ook dat vond ik vre-se-lijk moeilijk. Maar dat mailtje heb ik toch gestuurd.’
Wat maakte die eerste afspraak maken zo moeilijk?
‘Ik was toch geneigd om het uit te stellen, om te zeggen ‘ik doe het wel eens’. Het is nieuw. Ik kende het niet. Ik moest praten. En ik ben sowieso al geen grote prater als ik tegen iemand moet gaan vertellen hoe ik in elkaar zit.’
Zeker in dat eerste gesprek moest ik een aantal belangrijke dingen vertellen.
Blijf je het moeilijk vinden om naar het JAC te komen?
‘Na die eerste afspraak ging het vrij makkelijk. Ik heb het altijd wel moeilijk met nieuwe dingen. Toen ik de eerste keer aankwam op mijn laatste werkplek, begon ik ook te flippen. Ik vond de ingang niet. Toen bleek dat ik er al aan was voorbijgelopen. Dat zijn van die hele kleine dingen die het leven soms lastig maken. Ik zet die stappen wel, maar ik moet er de tijd voor nemen.’
Wat was je eerste indruk van het JAC?
‘Het was raar om over mijn leven met Davien te praten. Maar ja, het moest eruit. Zeker in dat eerste gesprek moest ik een aantal belangrijke dingen vertellen. Dat was veel in één keer.’
Met welke vragen klop je aan bij Davien?
‘Davien heeft me geholpen met kleine en grote dingen die er uiteindelijk toe hebben geleid dat ik zelfstandig kon gaan wonen, onder andere met administratieve taken of door met me mee te gaan naar diensten zoals het OCMW, de politie of een juridisch adviseur.’
En nu woon je alleen?
‘Jawel, samen met mijn twee katten Chicka en Shadow.’
Ik moet alert blijven en goed voor mezelf zorgen.
Ging dat alleen wonen meteen goed?
‘Ik had jarenlang in een stressvolle thuissituatie geleefd. Dat maakte het vooral in die eerste maanden dat ik alleen woonde erg moeilijk. De stress begon uit te werken. Ik bibber sowieso al een beetje van mezelf, maar in die periode kon ik soms niet eens een glas vasthouden.’
Hoe ging het daarna met je?
Het ging een hele tijd goed. Ik had mijn hobby’s en vond, naast het JAC, ook ondersteuning bij mijn huisarts, het Centrum Geestelijke Gezondheidszorg en YAR (woonbegeleiding, nvdr). Maar eerder dit jaar kwam ik toch weer in een lastige periode terecht. Davien is toen contact blijven houden. Dat heeft veel voor me betekend. Ik moet alert blijven en goed voor mezelf zorgen.
Op eigen benen staan betekent ook dat je plots een huishouden moet runnen. Hoe ging dat?
‘Het huishouden en ik, dat wil niet 100% optimaal werken. Met twee katten in huis moet ik af en toe wel iets doen. Voor het verschonen van hun bak zet ik een herinnering in mijn smartphone. Dat werkt. Ik heb geprobeerd om het poetsen op dezelfde manier aan te pakken, maar dat lukt iets minder goed (lacht).’
Als ik thuis ben en me slecht voel, dan zet ik de PlayStation aan of ga ik tekenen op de pc. Dat helpt me om mijn focus te verleggen.
Wat geeft jou energie als je het moeilijk hebt?
Mijn passie is urban exploring (fotograferen van verlaten gebouwen, nvdr). Ik ben dan weg van huis en onder vrienden. We lachen wat af. Maar door de coronamaatregelen kan dat voorlopig niet meer. Als ik thuis ben en me slecht voel, dan zet ik de PlayStation aan of ga ik tekenen op de pc. Dat helpt me om mijn focus te verleggen.
Wat zou je tegen iemand zeggen die twijfelt om contact met het JAC op te nemen?
‘Ik sprak onlangs nog met iemand die het moeilijk had. Ik raadde haar aan om het JAC te contacteren. Of ze er ook iets mee doet, ik heb geen flauw idee. Mensen moeten ook geholpen willen worden. Het is makkelijk om iemand anders de schuld van een probleem te geven. Soms ligt de oorzaak van het probleem bij jezelf. Als je dat inziet, kun je geholpen worden. Er zijn veel mensen die denken: dit of dat project gaat me niet helpen. Maar als je open staat voor hulp, dan kom je heel ver.’
In 2020 klopten 2 649 jongeren aan bij het JAC en het CAW voor hulp, 22% meer dan in 2019. De coronacrisis zette hun psychisch welzijn onder druk. Tijdens de lockdowns vonden jongeren vlot de weg naar de JAC-chat. Het CAW wil dat geen enkele jongere ontspoort. Daar staan we voor. Wil je meer weten over het coronajaar van CAW Limburg? Lees nu het jaarverslag.